PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Superleuk maar voortaan zonder mij

vrijdag 17 november 2017Loods Antigoon Antwerpen

Superleuk
Foto: Wunderbaum

De Amerikaanse auteur David Foster Wallace tekende zijn ervaringen tijdens zijn verblijf op een cruisechip in 1995 op in het essay ‘Superleuk maar voortaan zonder mij’ dat twintig jaar geleden verscheen. De Rotterdamse acteursgroep Wunderbaum trad in zijn voetsporen en ging aan de slag op de AIDA PRIMA, een Noordzeecruise van een Duitse rederij. Daar animeerden Walter Bart, Wine Dierickx, Matijs Jansen, Maartje Remmers het publiek respectievelijk als Amerikaanse goochelaar, een zeezieke bruid, Angela Merkel en een vogel voor de kinderen. Op 9 maart 2017 traden ze op in de cabaretclub ‘The Nightfly’ op dek 6 om tien uur ‘s avonds voor 300 Duitsers. De helft van de bezoekers haakte al tijdens de eerste twintig minuten af omdat de voorstelling te filosofisch en wellicht ook te confronterend was. De voorstelling die ze uit het boek en de eigen ervaringen destilleerden is scherp en bijtend grappig door de fundamentele eenzaamheid van mensen te tonen (een Valentijnsboodschap krijgen we te horen terwijl we een beeld zien op het schip van een eenzame man) en de leegheid van hun bestaan aan boord.

Wellicht het meest tragische personage is dat van de 18-jarige Mona die haar verjaardag faket om aandacht naar zich toe te trekken. Al sinds haar vijfde gaat ze elk jaar op cruise. De tiener krijgt van haar grootouders elke avond een envelop met 100 dollar toegestopt waarmee ze naar het casino trekt of naar disco Scorpio. Nooit bedankt ze haar grootouders daarvoor, het lijkt wel een vanzelfsprekendheid voor deze rotverwende pop (hoewel Maartje Remmers in de rol van Mona de auteur beschuldigt dat die een te eenzijdig beeld ophangt van haar terwijl Mona het gevoel heeft de enige mens op de wereld te zijn en zich onbegrepen voelt). Ook de beschrijving van het dertienjarige meisje dat op haar bed met de smartphone in de hand zit en angstig is dat ze nooit populair zal zijn, kan tellen. Wine Dierickx vertelt haar verhaal als de Filipijnse schoonmaakster Petra. Tien keer per dag kuist ze de kamer van een passagier. Op het einde van de voorstelling, wanneer om 4 uur ‘s nachts de bagage in de gangen staat, is zij het die op een week tijd perfect tot in de details weet wie de passagiers zijn en hoe hun leventje in elkaar zit. Extra aandacht besteedt ze aan de man die vroeger met zijn vrouw op cruise ging maar haar strijd verloor aan kanker. Hij blijft op cruise gaan om de gedachte aan haar en ‘de mooiste momenten uit hun leven’ levend te houden. Dan voel je dat ‘Superleuk maar voortaan zonder mij’ het sarcasme laat varen en aantoont dat dit lege en georchestreerde fake leventje op een cruiseschip wel degelijk voor sommigen hun houvast in het leven is.

Kapitein Video reist solo en legt alles vast op zijn camera ‘ook blote lijven die hij liever niet bloot had willen registereren’. Hij is zeer beknopt in het formuleren van zijn zinnen en vervalt al snel in een technische uitleg over zijn videocamera met optische beeldstabilisator wat erg handig is als je met de hand wil filmen. Het banale leventje aan boord van een cruiseschip vol commerciële boodschappen, ‘uitzonderlijke’ zaken die mee te maken zijn en bij uitbreiding de toeristische en commerciële entertainmentsector haalt ‘Superleuk maar voortaan zonder mij’ verder door de mangel. Net zoals David Foster Wallace deed in zijn boek, wordt het cruiseschip ook in deze voorstelling de metafoor voor onze Westerse samenleving en zijn verspilzucht. Wunderbaum levert echter ook kritiek op de auteur door Maartje Remmers als een koude wat sarcastische/cynische recensente het essay te laten beschrijven alsook de inhoud van de voorstelling en waarom Wunderbaum voor dit essay en thema koos. Verder in de voorstelling krijgen we over de drie beeldschermen op de achtergrond de langste zin uit het boek te horen en te lezen wat een brok tekst is voor de acteurs: “Maar de meest zenuwslopende ontwikkeling tijdens het souper is dat Alice’ moeder en mijn eigen nieuwe vriendin Trudy - wier salade van postelein en andijvie, rijstpilav en Malse Gebraiseerde Kalfsmedaillons vanavond gewoon te perfect zijn om haar kritische aandacht te trekken, en o ja, die er heel de week al geen groot geheim van maakt dat ze niet echt veel opheeft met Alice’ Vaste Vriend Patrick, of met hun Vaste Relatie -, dat Trudy mijn en Alice’ gecodeerde gebaren en onderdrukt gegiechel opmerkt en verkeerd opvat als ontluikende romantiek, en nog maar eens 10x13’tjes van Alice uit haar handtas tovert en die voor mij op tafel schikt, terwijl ze kleine anekdotes uit Alice’ kinderjaren ophaalt om Alice nog schattiger voor te stellen, en bovendien aldoor erg laatdunkend over Patrick spreekt, en zich in het algemeen echt als een koppelaarster gedraagt… wat qua zenuwslopendheid al erg genoeg zou zijn (vooral wanneer ook Esther zich ermee begint te bemoeien), ware het niet dat de arme Alice - die, hoewel ze erg in beslag genomen is door de verjaardagsdiefstal en haar haatgevoelens voor Mona, helemaal niet dom of onsensibel is - al snel doorheeft wat Trudy hier zit te bekokstoven en (blijkbaar doodsbang dat ik haar moeders misvatting van onze band als iets meer dan een anti-Mona-alliantie wel eens zou kunnen delen) tegen mij een Ophelia-achtige, krankzinnige monoloog vol onsamenhangende Patrick-verwijzingen en Patrick- anekdotes begint af te steken, waarop Trudy haar vreemde, asymmetrisch getande grimas bovenhaalt en tegelijkertijd zo wild haar Malse Gebraiseerde Kalfsmedaillons begint te snijden dat het geluid van haar mes op het 5-sterren-RC-porselein iedereen koude rillingen bezorgt; en de aanzwellende spanning zorgt ervoor dat er in de oksels van mijn colbert verse zweetplekken verschijnen die zowat tot aan de perimeter van de vale zoutige restanten van de oorspronkelijke zweetplekken van Kaai 21 reiken; en wanneer na het hoofdgerecht Tibor als naar gewoonte zijn ronde komt doen en iedereen Gesmaakt? vraagt, ben ik voor het eerst sinds de les van de tweede avond niet in staat iets anders uit te brengen dan gewoon: Goed.”

Dat de auteur uiteindelijk uit het leven stapte net als Joost Zwagerman die het essay loofde, hoeft niet te verbazen. Als de cruise – ‘A Supposedly Fun Thing’ - staat voor de Westerse samenleving en de volledige titel van het werk luidt: ‘A Supposedly Fun Thing I‘ll Never Do Again’, dan is de keuze van diens levenseinde ook daarin te verklaren.

In Antwerpen kiest Wunderbaum voor locatietheater, in dit geval de loods Antigoon waar het publiek meteen ondergedompeld wordt in de fake sfeer van het cruisegebeuren. In ruil voor ons toegangsticket krijgen we van de Griekse matrozen (het zijn er geen echte, maar acteurs met valse snorren en pruiken wordt ons later in de voorstelling overigens ook bevestigd) alvast een drankje (ouzo), een plastic zakje en een programmabrochure aangeboden waarbij het gezelschap foto’s van de cruise toont die ze meemaakten in combinatie met hun scherpe blik op de gang van zaken daar. Zo komen we onder andere te weten dat het verbruik van het schip 9200 liter diesel per uur is aan gemiddelde snelheid voor 4000 passagiers en 1000 bemanningsleden. 1 bemanningslid voor 4 passagiers toont aan dat de passsagiers echt wel gepamperd worden als kleine kinderen en tevens merken we dat de gemiddelde passagier 1,7 kilo bijkomt na een weekje op de cruise. Ondertussen schuiven we aan in een wachrij in de vorm van een slang (net zoals dat bij luchthavens en dergelijke het geval is). Jens Bouttery maakt het wachten ‘aangenaam’ door wat akoestisch op de gitaar te spelen terwijl de boot een aantal keer toetert. Dat het gezelschap niet veel later meegeeft dat ie eigenlijk geen gitarist is, maar een drummer (met pauken én een eigen gemaakte orgelachtige constructie met buizen uit waterpasdarm) verbaast ons dan ook niet meteen.

Synchroon met de video vanop het cruiseschip zien we Wunderbaum witte en roze ballonnen in de nok hijsen van de loods, zet het kwartet een choreografietje neer en horen we Wine Dierickx als Petra ‘Ich bin wie du’ zingen in de medewerkersbar van het cruiseschip. Elke donderdag is het karaokeavond en daar kijkt ze telkens naar uit terwijl ze meegeeft dat ze 10 maanden onafgebroken op het cruiseschip werkt en vervolgens twee maanden thuis is. De Griekse acteurs, die toegeven eigenlijk liever een Griekse tragedie te willen spelen, maar opportunistisch kozen voor een carrière aan boord van een cruiseschip omdat ze daarmee geld verdienen terwijl er in eigen land niet zo veel kansen zijn voor hen op de arbeidsmarkt, geven echter mee dat er ook een strikte hiërarchie en pikorde aan boord is. De Duitse entertainers verdienen het meest, de Grieken uit Lesbos ‘70% van ons wordt ofwel visser of kapitein’ bengelen daaronder maar onder de Grieken zitten de Oost-Europese en Filipijnse crewleden en hun magere lonen. Die pikorde toont Wine ook door zowel in de rol van de Griekse matroos te kruipen die borden tegen de grond slaat waarna ze als de Filipijnse Petra het boeltje mag opkuisen.

De matrozen tonen ook op hilarische wijze hoe ze moeten stappen van stuur- naar bakboord, niet te traag niet te snel en verder lege conversaties als ‘Did you enjoy Brussels? I know a good restaurant in Brussels.’ die vaak gewoon niet op de realiteit slaan, maar rechtstreeks uit een boekje ‘hoe omgaan met passagiers/toeristen’ komen net als de pose die ze het best aannemen (handen achter de rug wat voor een betere uitstraling zorgt). Dat alles drukt het publiek koudweg – in de loods Antigoon kan u dat ook letterlijk nemen – op de feiten dat de gecreëerde sfeer, de glimlach, het optimisme zo fake is als wat.

Als je dat alles doorprikt, blijft enkel de oppervlakkigheid op de oppervlakte bovendrijven: “Ik zag 500 weldenkende mensen de Vogeltjesdans dansen.” aldus Kapitein Video over het op den duur infantiele gedrag dat passagiers vertonen na zo veel vertroeteling in het drijvende winkelcentrum dat om de haverklap exclusieve commerciële boodschappen laat horen via de luidsprekers.

“Ich möchte ein Eisbär sein im kalten Polar. Dann müsste ich nicht mehr schrei‘n. Alles wär so klar. Eisbären müssen nie weinen.” klinkt het in de single van het Zwitserse Grauzone uit 1981 dat het gezelschap meerstemmig zingt. Een song over zorgeloos en zonder pijn willen leven terwijl de new wave-muziek baadt in een koude sfeer. Een langdurige samenwerking tussen acteursgroep Wunderbaum en de Duitse rederij zit er volgens een e-mail van de Entertainment Manager van het cruiseschip dan wel niet in, met ‘Superleuk maar voortaan zonder mij’ zet het gezelschap een sterke maatschappijkritische voorstelling neer die een spiegel voorhoudt en wringt daar waar het moet wringen.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter