PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Dour Festival 2019: een nachtmerrie ★

zaterdag 13 juli 2019Dour Festival

Dour

Er gaat geen jaar voorbij of Dour Festival krijgt negatieve media-aandacht. Is het niet omdat er alweer heel wat festivalgangers betrapt zijn met drugs (bv. in 2015 en 2017), er een drugsdode valt te betreuren (bv. 2014 en 2016), dan blijkt het festival geen veilige plek voor vrouwen (2019). Dit jaar deden er namelijk drie vrouwen op woensdag aangifte dat ze er verkracht werden. Als je dat allemaal bij elkaar optelt, stelt zich de vraag waarom een lokale overheid überhaupt nog de toestemming geeft aan zo’n festival om plaats te vinden. Ter herinnering: in 2017 besliste het Zweedse festival Bravalla om geen editie te houden in 2018 nadat er vrouwen verkracht en aangerand waren in 2017. De organisator stopte uiteindelijk met het evenement. De vraag stelt zich dan ook of Dour Festival er niet goed aan zou doen om een gelijkaardige actie te ondernemen, een duidelijk statement in te nemen door een jaartje over te slaan zodat zijn publiek even een poging kan doen om te bezinnen. Een festivalterrein en camping moet immers een veilige plek zijn voor iedereen. Het zou het festival ook ten goede kunnen komen om nog wat bij te schaven. Want wij vonden Dour Festival 2019 – we waren er op de voorlaatste dag - organisatorisch een nachtmerrie.

Eco-friendly? Yeah, right!
We willen gerust meegaan in het verhaaltje dat Belgische festivals eco-friendly willen zijn. Maar in de praktijk blijkt de ene al veel stevigere inspanningen te doen dan de ander. Punt is namelijk dat Dour Festival, Pukkelpop, Rock Werchter, Werchter Boutique en TW Classic wat ons betreft tot de slechtste leerlingen van de grotere festivals behoren in ons land én in Europa. Deze festivals blijven koppig plastic bekertjes gebruiken. Er moet al wetgeving aan te pas komen om hen te dwingen anders en beter te doen. Triest. En dat terwijl festivals als Balaton Sound, Sziget (dat vele malen groter is dan de vermelde Belgische festivals) wél met recycleerbare bekers werken. In eigen land is Les Ardentes al jaren een van de voorbeeldige festivals op dat vlak. Zeggen dat het logistiek niet mogelijk zou zijn, is gewoon dikke zever. Het gaat om durven en willen investeren (in het milieu).

Achterhaald
Daarnaast blijven deze festivals met bonnetjes werken. Hoe weinig mee met de tijd(sgeest) kan je als festival zijn terwijl al jaren cashless, contactloos betalen, enz. in de lift is, ook op festivals en dat de norm is op festivals als Balaton Sound, Sziget, en andere grote festivals. Waarom houden deze Belgische festivals erg conservatief en hardnekkig vast aan papieren bonnen die op hun beurt papierverspilling zijn omdat het zonder kan. Waarom? Omdat u er dan wellicht een paar over zal hebben en er mee blijft zitten. En omdat een sponsor zijn logo op die bonnen kan zetten. Veel verder dan dat hoeft u het wellicht niet te zoeken.

Er wordt dus extra winst gegenereerd via een bonnensysteem dat zichzelf wellicht betaalt via een dranksponsor. Bij het andere en veel eerlijkere systeem met een badge – zeker voor singles - wordt uw resterende geld terugbetaald achteraf. Op Dour Festival hebben ze dit jaar een cashless systeem in combinatie met bonnetjes. Maar ‘niet alle eet- of drankstanden hebben het cashless systeem. En diegene die het hebben stellen vast dat er soms technische problemen zijn.’ krijgen we uit officiële hoek te horen. Ons wordt kortom aangeraden om toch papieren bonnetjes te kopen. WTF. De prijzen op Dour Festival zijn overigens even hoog als elders in ons land. 4 drankbonnen voor 11 euro, 7 foodtickets voor 11 euro. Een pintje of frisdrank is dus 2,7 euro, voor een pannenkoek met suiker ben je 6,2 euro kwijt en een broodje Dagobert (hesp en kaas met mayonaise en een beetje groenten) maakt je 4,7 euro armer.

Op de pechstrook van het festivalleven
Zeker, op de festivals in Werchter valt weinig af te dingen qua beschikbaarheid van extra treinen en shuttles naar het terrein (als je er bijkomend voor wil betalen voor de eendagsfestivals tenminste). Bij Dour Festival namen we deze keer de proef op de som. We spoorden zoals de website ons aanmoedigde naar Saint-Ghislain (10 euro heen en terug vanaf eender welk Belgisch treinstation) om daar vervolgens een shuttle te nemen die je op tien minuten naar je bestemming brengt. Op de pechstrook (!!!) van een behoorlijk drukke invalsweg wordt iedereen gedropt. Wat zich dan afspeelt is te hallucinant voor woorden. Twee medewerkers in fluo hesjes openen aan elke kant een hek waar wieltjes onder staan, zodat ze op die manier ‘duidelijk’ het verkeer tegenhouden en het festivalpubliek kan passeren. Meermaals zien we echter festivalgangers – al dan niet onder invloed – naast de hekken aan de kant van de weg stappen terwijl de medewerkers op hun fluitje blazen alsof hun leven ervan af hangt. Dat levert surrealistische taferelen op waarbij auto’s bruusk stoppen omdat die chauffeurs denken dat het fluitsignaal op hen betrekking heeft, terwijl de medewerkster die het verkeer moet regelen ondertussen volledig door het lint gaat.

‘WTF!’ denken we en we knijpen ons in de arm of dit wel werkelijkheid is. De tocht naar de ingang is lang, we moeten immers opnieuw over die weg, via een speciaal daarvoor aangelegde tijdelijke brug met stellingen.

Een uur geen bus te zien
Groot was onze verbazing dat de laatste bus terug om tien uur ’s avonds zou zijn om de heel eenvoudige reden dat er nog twee treinen om 11 uur zijn in Saint Ghislain, en dan stopt de dienstregeling van de NMBS. Onze buschauffeur communiceerde echter een totaal ander tijdstip. Hij wist dat om half tien de laatste bus zou rijden. Dus kramen we rond negen uur op, om rond kwart na negen uiteindelijk op de plek te zijn.

Half tien. Geen bus te zien. Na veel vijven en zessen, zegt de medewerker dat er controles van de douane, drugs, enz. verderop zouden kunnen zijn en de bussen dan ook tegengehouden kunnen worden. Vreemd, zeker als je weet dat verschillende festivalgangers dachten dat er elke tien minuten zo’n shuttle zou rijden. Dat is gewoon niet het geval en moedeloos vraagt een Engelse festivalganger die naar Brussels Airport moet aan ons of er nog een trein naar de luchthaven is. Ik moet haar teleurstellen. ‘Welkom in België’, zeg ik haar ironisch. ‘Openbaar vervoer is hier niet zo goed, zelden klantvriendelijk, en het nachtaanbod is helemaal bedroevend als je dat vergelijkt met pakweg Londen’, troost ik haar.

Uiteindelijk komt om twintig na tien een bus erdoor. Onze ganse groep heeft daar een uur op moeten wachten. In eerste instantie wil de vrouw die met het voertuig rijdt ons niet meenemen. ‘Er rijden geen treinen meer’ denkt ze te weten, maar wanneer we allemaal stellen dat het wel het geval is, belt ze toch maar even naar de dispatch en neemt ze ons met duidelijke tegenzin mee. Iedereen van ons vraagt zich af of die vrouw in kwestie nu echt overwoog om ons allemaal te laten stikken aan de kant van de weg, op de pechstrook van het festivalleven…

VIP in afgeleefde tent
De VIP-ruimte op Dour Festival is om te huilen en eigenlijk die naam onwaardig. Een ordinaire witte afgeleefde tent staat voor de main stage, The Last Arena. Hier wordt drank geserveerd in glas. Dat is dan ook het enige verschil met de andere plekken. De aankleding, op wat hout, houten paletten en een paar planten na is wel érg basic. Dat geldt overigens voor zowat alles op Dour Festival. The Last Arena is een gewoon standaardpodium met opvallend kleine ledschermen links en rechts waarop de live beelden geprojecteerd worden.

Desolaat. Mistroostig.
Geen enkele tent is aangekleed, wat toch wel een erg desolate indruk bezorgt, net zoals ook het geval is bij enkele tenten op Pukkelpop. Wanneer we een sandwich willen gaan halen moeten we daarvoor naar een container die er al lijkt te staan van voor het Ijzeren Gordijn. Het ding lijkt erg oud en verroest. Het staat in schril contrast met het Elektropedia podium in openlucht dat in de breedte gaat met horizontale ledschermen en links en rechts daarvan nog wat ledverlichting voor stroboscopische effecten. Het toont het spagaat en de contradictie aan van Dour Festival. Ergens heeft het de vernieuwing willen inzetten, maar is het toch blijven steken door zich krampachtig vast te houden aan compleet gedateerde zaken. De studio van een radiozender naast het hoofdpodium staat er bv. mistroostig bij. Het heeft niks uitstraling.

Kringloopwinkelpubliek
Een hipster met nog restjes spaghettislierten in zijn rosse baard, een man met een groen glitterjasje, een vrouw met gouden glitterjurk, een man met gele Eddy koerspet, een man met gifgroene hanekam, een man met een t shirt met daarop een lotusbloem op afgebeeld, een aantal toeschouwers die in een kring staan en een van hen aanmoedigt om een aanloop te nemen en in het midden van de kring hard op de plankenvloer te springen, een paar dames die nog een led tube bijhebben van een vorig feestje, een man met een wit Nirvana t shirt, en man met een broek waar verschillende kleuren verfspatten op zitten, … het minste wat je kan zeggen is dat het publiek van Dour Festival een bonte bende ongeregeld is die het midden houdt tussen zij die zich alternatief kleden en armoede, in sommige gevallen zelfs de marginaliteit van Kamping Kitsch, uitstralen. Een publiek dat zo uit de kringloopwinkel lijkt gerold te zijn op zoek naar een tweede leven, voor zover ze al een leven hebben gehad tot dan.  Een publiek – dat nog tammer is dan dat van Best Kept Secret Festival, wie had dat ooit durven vermoeden dat het mogelijk is ! - waarvan we vermoeden dat het dagelijks discountwinkels frequenteert om zo hun duur festivalticket te kunnen afbetalen terwijl anderen dan weer nood hebben aan rilatine in plaats van een vitessepilleke. Of hoe twee compleet tegenovergestelde werelden en toeschouwers elkaar blijken te vinden op Dour Festival en zo een uiterst bevreemdend en delicaat evenwicht vormen.

Strakheid haalt ziel eruit
Wat nog het meest van al opvalt, zeker als je vergelijkt met festivals in het buitenland, is hoe erg functioneel en strak Belgische festivalorganisatoren als Rock Werchter, Pukkelpop en Dour Festival hun terrein indelen. Containers, grote lanen, grote pleinen, heel veel banken en tafels zoals een openluchtrefter op verschillende rijen recht voor de Boombox-tent – gezellig is anders! - veel plankenvloer of plasticvloer (voor het geval het zou regenen) enz.  Op een paar vlaggenmasten na, oogt Dour Festival ongezellig, kil en productioneel vooral erg budgetvriendelijk.

Rookverbod
Van alle festivals die we die 11 jaar al bezochten, is Dour Festival met stip het festival waar het meest een (pret)sigaret opgestoken wordt, ook in de tenten. We hebben dus erg veel passief gerookt op dit festival. Het is vreemd dat er in concertzalen niet gerookt mag, en in een tent die toch eerder een gesloten dan open ruimte is, wél. Wij vinden dat er een algemeen rookverbod moet komen op alle Belgische festivals, op enkele rookzones na in een eerste stadium, die na enkele jaren dan ook verdwijnen.

Alles of niks
Hoe meer we Belgische festivals bezoeken, hoe meer we aanvoelen hoe moeilijk het wel niet moet zijn voor hen om een programmatie samen te stellen. Voor 18 u. zagen we nauwelijks festivalgangers op Dour Festival vanonder hun steen komen. Het festival komt dus zeer traag op gang. The Last Arena, La salle polyvalente, enz. haalden voor zessen in het beste geval een capaciteit van 10%. De enige uitschieter was de Congolees-Angelose French rapper Josman die kon rekenen op een volle Boombox en vakkundig de truken van de foor bovenhaalde. Vrouwen en mannen uitspelen om ze om ter hardst te laten roepen? Check. Links, rechts en achteraan uitspelen tijdens een vergelijkbaar spelletje? Check!

Ook de Franse rapper Alpha Wann kon dat een uurtje later. Wiegedood en Yob mochten met hun zware metalen dan nog zo luid uit de hoek komen, het kon de festivalganger niet overtuigen in La salle polyvalente. Ook de indie-liefhebbers bleven weg bij Tirzah dat zowel muzikaal als qua teksten veel te banaal klonk in La petite maison dans la prairie dat niets van doen heeft met de gezelligheid van een huisje op het platteland, maar eerder wat wegheeft van een ongezellige tijdelijke hangar waar je een vliegtuig in zou kunnen parkeren. Het Londense Portico Quartet zorgde er dan weer voor dat het publiek kon trippen in het paradijs (al dan niet onder invloed) op een instrumentaal jazzy klankbedje van sax, contrabas, synths, drums en steel drums. We noteren dat de groep in oktober een nieuwe plaat zal uitbrengen. Conclusie: Dour Festival zal Franstalig, hiphop, urban en elektro zijn of niet zijn. Voor zessen speelt het publiek kortom alles of niks. Ofwel is het geïnteresseerd en staat de tent vol, ofwel is er bijna geen kat. Qua animatie onthouden wij vooral de twee gepensioneerden die door een Nederlandstalig medium opgevoerd werden om de hippe oma te spelen aan het Elektropedia podium en aan de metaltent. Origineel is deze gescripte ‘generatieclash’ voor geen meter, maar het beeld deed nog min of meer onze mondhoeken naar boven gaan, wat we van de rest van wat we zagen op Dour Festival niet konden zeggen.

‘Doureuh!’
De vraag stelt zich dan ook wat voor zin het heeft om artiesten en bands voor zes uur ’s avonds te boeken als blijkbaar de meerderheid van de festivalgangers pas na vijven de campings verlaat en het concertterrein binnen wil. Dat leidt trouwens voor opstoppingen bij Dour Festival zodat de security de bezoekers moet tegenhouden voor ze kunnen inscannen omdat er te veel volk wacht om door de metaaldetectoren te mogen gaan. ‘Doureuh!’ horen we hen dan zingen, het blijkt zowel een uiting van plezier (bv. in interactie tijdens het optreden van Josman), als een uiting van ongeduld en ongenoegen.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter