PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie De stille kracht

donderdag 11 februari 2016deSingel Antwerpen

De

Een aarzelend applaus dat overging in een beleefdheidsapplaus om uiteindelijk te eindigen met een handvol toeschouwers die een staande ovatie gaven (uit gewoonte wellicht) en één iemand die even de productie toefloot. Dat kreeg De Stille Kracht van Ivo Van Hove en Toneelgroep Amsterdam na zijn Belgische première in deSingel. Een mens vraagt zich af of die viersterren-recensies die collega media bovenhaalden dan wel op zijn plaats waren.

Met “De Stille Kracht” is Van Hove, internationaal gekend theaterregisseur uit eigen land die onlangs in de media kwam omdat ie als laatste samenwerkte met David Bowie voor de artiest stierf, aan zijn eerste vertaling naar het theater naar een tekst van Louis Couperus aanbeland. Bedoeling is dat Van Hove tot een drieluik komt.

“De Stille Kracht” gaat over het koloniale tijdperk van Nederland in Indië. Over dominantie van de Westerse cultuur over de Oosterse, over achterbaksheid ook. Leonie, vertolkt door Halina Reijn, bedriegt haar man, de resident Otto respectievelijk met haar stiefzoon Theo (Jip van den Dool) en daarna de halfbloed Addy (Mingus Dagelet) . Op die laatste is haar naïeve stiefdochter Doddy, gespeeld door een verrukkelijke Gaite Jansen, dan nog wel verliefd op ook. Addy van zijn kant flirt erop los met verschillende vrouwen. De rode ledlampen onderaan het decor van Jan Versweyveld verwijzen rechtstreeks naar ontrouw, het gehoer.

Dat het tussen Otto en Leonie al goed scheef zit maar hij compleet blind is voor de ontrouw van zijn vrouw valt al bij de start van de voorstelling op. Leonie: “Heb je me gemist?” Otto: “Daar heb ik geen tijd voor gehad. Je hebt vrijwel altijd genoeg aan jezelf.” Waarna hij opmerkt wanneer Theo en Leonie intiem zijn geweest: “de siësta heeft je zichtbaar goed gedaan.” en zij hem later zegt: “Theo wordt sneller volwassen dan je denkt. Let op mijn woorden.” Dat ie brieven krijgt over een geheime relatie tussen Theo en Leonie doet hij af als smeerlapperij, roddels. Leonie ontkent de feiten en stelt dat “het geen verheffende lectuur is”.

Maar toch bezorgt Otto geld aan de briefschrijver. “Een daad van barmhartigheid.” Of hoe blind zijn voor je (veranderende) omgeving, perceptie en imago ook thema’s zijn van De stille kracht. Evenzeer trekt de voorstelling de kaart van racisme, zij het op een omfloerste manier vanuit de onderdrukker. Zo wordt de “sierlijkheid, de natuurlijke onderdanigheid van de inlander” enerzijds geprezen maar ook verfoeid: “al die bruine gezichten om me heen…” om uiteindelijk vast te stellen dat beide culturen voor geen meter naar elkaar toegroeien: “ik begrijp de inlanders niet alsof er een onzichtbare muur tussen ons instaat.” en wordt de opvoedkunde van een halfbloed in vraag gesteld: “hebt u ooit invloed gehad op uw zoon?  Ik bedoel: ten goede?”

Behoud je je traditie of laat je je door een andere cultuur onderdompelen en sta je dus open om zelf te veranderen? Dat is een cruciale vraag voor alle personages. Daar waar de programmabrochure focust op Otto en hoe hij alles en iedereen om zich heen ziet wegglippen, toont de voorstelling verschillende verhaallijnen en standpunten. Van Hove had dus beter gekozen om Otto effectief centraal te stellen, wat hier niet het geval is. En dus zien we meerdere psyches, waarvan die van de vrouwen het sterkst uitgewerkt zijn.

De sterkste scènes zijn dus voor de vrouwen. Maria Kraakman zien we als Eva, de rechterhand van Otto, net na de moessonregen, donder en bliksem (Versweyveld kiest voor echt water, rook, enz. dat uit de nok naar beneden valt, niets nieuws overigens want onder andere al te zien in Rain van Cirque Eloize jaren geleden) die symbool staat voor de innerlijke verscheurdheid, donder en bliksem, botsende ideeën,  bij de mens.  Haar geweten begint te knagen omdat ze rijk worden op de kap van een ander (zo gaat dat bij kolonisatie).

“Alles vergaat als een zijden jurk. Alles is ontstemd in mij” zegt ze waarop ze erg cynisch naar het leven kijkt, welvaart en carrière relativeert.(iets wat anno 2016 behoorlijk binnenkomt in een ego-driven samenleving maar au fond spijkers met koppen slaat) en zich al helemaal mislukt voelt wanneer ze stelt: “Ik probeer vanavond muggen buiten te houden. Zelfs dat zonder resultaat.”  Het gebrek aan EQ aan de mannenzijde komt dan weer tot uiting wanneer Eva totaal niet op empathie kan rekenen maar een “Nou tot morgen dan” als antwoord krijgt. Of hoe wereldvreemder kan je nog zijn? Helemaal vernietigend ten opzichte van zichzelf is ze wanneer ze zich aan de zwarte vleugelpiano zet (die tijdens de voorstelling water over zich heen krijgt maar volledig waterdicht is gemaakt naar verluidt) en kort even speelt maar met “Oh! Ik speel piano. Wat een bijdrage!” ook hier weer prachtig gestalte geeft aan het beschadigd zelfbeeld. Ze is trouwens niet de enige met een beschadigd eigenbeeld. Ook dat van Leonie is niet al te positief: “Als ik de regent zie opbranden als een kaars geeft dat me het gevoel dat ik mijn leven nog goed in de hand heb.”

In vergelijking met de wat preutse naaktscène in het bijna donker in “The Fountainhead”, is de douchescène van Halina Reijn hier een stuk overtuigender, frontaal, met geel licht belicht. Alleen moet de actrice kennelijk nog die laatste rest schroom overwinnen. Zo gaat ze met twee handen voor haar vagina onder het water staan. U mag ons steeds verbeteren als u dat nodig acht, maar wij kennen geen enkele vrouw die zo douchet. Pas na een tijd voelt ze zich kennelijk comfortabel en gaan de handen in het haar. Sterk is de scène waarbij er naast water ook bloed over haar loopt, en de daaropvolgende chaos. Die scène – met stip de beste spelscène uit het stuk - is helaas wat aan de korte kant. Van Hove had hier veel meer uit kunnen halen, en lijkt zich dan ook eerder gericht te hebben op wat oubollig statisch teksttheater, ondersteund door de zwart-witvideo’s, oud taalgebruik als “inlander”, volksdans in kring per twee en het a capella gezongen “Wien Neêrlands bloed”, het volkslied van het Koninkrijk der Nederlanden, allemaal verwijzend naar het begin van de twintigste eeuw.

De confrontatie tussen Otto en Leonie (letterlijk face to face) wanneer hij ontdekt dat zij ontrouw is, is sterk. Net als Doddy die zoenoffer wordt en zo toch mag trouwen van haar vader met Addy. Ook de eindscène waarbij iedereen Otto verlaten heeft, hij een nieuwe vrouw heeft, de ganse familie er maar heeft bijgenomen, en met emmertjes lekkend water opvangt, is het beeld van een man die lijkt aangepast te zijn aan zijn nieuwe (lagere) sociale status maar in se niets veranderd is. Hij is een gebroken man die vanuit Westerse bril als een loser beschouwd wordt.

Die enkele sterke scènes ten spijt, verveelt “De stille kracht” niet zelden. Al na een half uur en nog eens na 70 minuten keken we op onze klok tijdens deze twee uur durende voorstelling. Dat komt omdat Van Hove een veelheid aan personages laat opdraven met elk hun verhaallijn waardoor die van Otto vreemd genoeg niet de bovenhand haalt. Ook de spanningsboog is wel eens behoorlijk aan de slappe kant, het vertelritme traag, het spel te beperkt (de aanslag met stenen op Doddy gebeurt buiten beeld), zat er op muzikaal vlak (Oosters, Westers, clash en blenden van beide) meer in deze voorstelling en na de zoveelste regenbui – al dan niet met een stukje dans erbij - is ook dat effect ervan al snel uitgewerkt.   

Of hoe een aarzelend applaus van het publiek voor De stille kracht inderdaad op zijn plaats was. Als theatervoorstelling is De stille kracht goed. Was de ambitie een performance dan was het toch maar een mager beestje.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter