PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie van Manen Cherkaoui

vrijdag 30 oktober 2015Opera Antwerpen

van

Een double bill stelt Ballet Vlaanderen voor als eerste dansproductie onder de nieuwe artistiek directeur Sidi Larbi Cherkaoui. Fijn om vast te stellen dat het Ballet door de komst van de artistiek directeur een nieuw publiek weet aan te trekken naast de die hard balletfans. Opvallend was dat het publiek – geheel terecht overigens – als een blok viel voor de kortste choreografieën: Faun van Cherkaoui (15 minuten) en Solo van Van Manen ( 6 minuten). Twee werken die niet toevallig de meest emotionele laag hebben terwijl Four Schumann Pieces van Van Manen en het nieuwe Fall van Cherkaoui toch wel wat aan de lange kant waren en vooral vorm laten primeren.

Zelden was een applaus na een choreografie zo’n goede graadmeter wat het publiek van een choreografie vond, als bij van Manen Cherkaoui. 3 producties zitten in deel 1: Four Schumann Pieces van Hans van Manen uit 1975 op muziek van Robert Schumann, Strijkkwartet in A, opus 41, nr. 3, gevolgd door Faun van Sidi Larbi Cherkaoui uit 2009 op muziek van Claude Debussy, Prélude à l’après midi d’un faune met toegevoegde Oosterse klanken door Nitin Sawhney en Solo uit 1997 van Hans van Manen op muziek van Johann Sebastian Bach, Partita nr. 1 voor viool solo in d mineur (Corrente en Double) (presto) (BWV 1002) . Na de pauze volgt Fall uit 2015 van Sidi Larbi Cherkaoui op muziek van Arvo Pärt, Fratres, versie voor viool, strijkers en percussie (1977/91) en versie voor viool en piano (1980), Spiegel im Spiegel, Orient & Occident.

Het grote verschil tussen van Manen en Cherkaoui is dat de Nederlander nauwgezet de muziek volgt in zijn choreografieën. Gaat de muziek de hoogte in dan volgt een lift, is er een crescendo of accelerando, dan is die toegenomen intensiteit of versnelling ook merkbaar in wat de dansers tonen. Het grote nadeel daarvan is dat het een en ander daardoor voorspelbaar wordt, zeker wanneer motieven en bewegingen zich herhalen. Het maakt dat Four Schumann Pieces een wat lange zit is hoewel er hoogtepunten zijn met sprongen van 360°, boeiende lijnvoering (vrouw, man, man, vrouw), het molentje (verwijzing naar synchroon/figuur dansen), en ook de diagonale lijn getrokken wordt.

Ook Fall van Cherkaoui gaat voor lijnvoering, maar de Marokkaans-Belgische choreograaf kiest niet zelden voor de kromme en de spiraalbeweging (verwijzing naar het vallen van de bladeren). Hoewel de muziek van Arvo Pärt soms zeer minimalistisch overkomt (3 noten op piano, die zich moduleren) is het scènebeeld erg vol en storen de piepende geluiden van de dansvloer (als je je ogen sluit lijkt het alsof je bij momenten in een basketbalwedstrijd zit). Dat in combinatie met erg veel dansers die constant komen en gaan achter een wit doek waar de wind mee speelt (ook dat is een verwijzing naar de herfst), maakt dat het geheel wat chaotisch (ook dat is een kenmerk van de herfst weliswaar) aanvoelt. Maar ook hier, net als bij Four Schumann Pieces geldt dat de spanningsboog niet strak genoeg is, om van begin tot einde te blijven boeien.  Knap is weliswaar wel het einde met half soliste Nancy Osbaldeston in solo. En net als tijdens de afgelopen editie van Choreolab viel opnieuw ons oog voor de uitstraling van Mica Bradbury (corps de ballet) op het podium van Opera Antwerpen.

Een kwartier, niet langer, duurt Faun gedanst door Virginia Hendricksen (half solist) en Yevgeniy Kolesnyk (principal).   Een intens duet, dat start met een solo voor hem, gevolgd door haar. Beiden zijn half dier, half mens, ontdekken elkaar, groeien naar elkaar toe tot er een sensueel erotische lading ontstaat tussen de twee. De choreografie is aards, Cherkaoui kiest om beiden niet zelden laag tegen de dansvloer te houden, ook op handen en voeten, soms door hen plots te laten opspringen.

Verwarring ontstaat er bij het publiek wanneer het orkest de orkestbak verlaat. In tegenstelling tot wat velen denken, is het nog geen tijd voor de pauze na “Faun” maar volgt nog “Solo” van Hans van Manen.  In overleg met de choreograaf werd namelijk beslist om een opname van Johann Sebastian Bach, Partita nr. 1 voor viool solo in d mineur (Corrente en Double) (presto) (BWV 1002) te laten horen aan het publiek. Dat komt omdat het moordende tempo erg belangrijk is in deze dans én deze uitvoering wel erg veeleisend is. Hoewel er iets voor te zeggen valt voor deze keuze, kunnen we ons toch niet van de indruk ontdoen dat daardoor ook op “safe” gespeeld wordt. Een Kunsthuis mag een artistieke uitdaging, hoe extreem ook, niet uit de weg gaan lijkt ons.

“Solo” – een meesterwerk van zes minuten - is los daarvan met stip onze favoriet van de avond en aan het applaus te horen waren we niet de enigen met die mening. Rondcirkelen à volonté lijkt het wel tijdens deze voorstelling die Toshiro Abbley (corps de ballet), Philipe Lens (half-solist) en Glen Lambrecht (corps de ballet) waarbij de knipoog naar het commerciële circuit (Ierse stepdance à la Riverdance) niet ver weg is, en een danser net voor hij het podium af gaat met beide wijsvingers naar de andere kant van het toneel wijst zodat een collega kan opkomen en de volle aandacht krijgt. “Solo” voor drie was dus erg wervelend én komisch. Een ideale finale voor de pauze.

De eindstand? Die leek op een 1-1 gelijkspel tussen van Manen en Cherkaoui waarbij deze keer toch wel de dansers van het corps de ballet en enkele half-solisten getoond hebben dat ze hun plek in de kern bij Ballet Vlaanderen meer dan verdiend hebben.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter